Terwijl uw webmaster nu zijn horizonten heeft verlegd tot in China, is hij ooit véél bescheidener begonnen... Waar nu een zandvlakte en opkomend struikgewas te zien is, bevond zich ooit een van de sympathiekste seinpostjes die Nederland nog rijk was. Budel, op een boogscheut van de grens en uw webmaster's ouderlijke woonst, zou een begrip worden in zijn verdere hobby-beleving. Nog altijd denkt hij met weemoed terug aan de mooie momenten in zijn jeugd die hij op dit seinpostje heeft doorgebracht. Momenten die in zijn geheugen gegrift staan alsof ze pas gisteren gebeurd zijn...
Op 13-jarige leeftijd durfde hij het aan eindelijk eens op de deur van het charmante seinhuisje aan te kloppen en te vragen "of hij de rangeringen mocht volgen". "Sja, waarom niet", zal de seinwachter gedacht hebben en voor hij het wist zat hij met een bengel opgescheept die iedere vakantie toch minstens enkele dagen op deze kleine maar sympathieke stek terug te vinden was. Al van kinds af aan was hij gefascineerd door de mooie armseinen die hij van in België altijd in de verte zag staan. Nu kon hij van dichtbij meemaken hoe deze schitterende seinen bediend werden en meer nog: regelmatig mocht hij zelf voor seinwachter spelen.
Van 1989 tot 1993 zag hij er zowel de Belgische 51'ers, 62'ers, de Nederlandse 2200'en, 2400'en en 6400'en alsook de Duitse 215'en passeren met hun goederentreinen over de toen nog intacte "IJzeren Rijn". Om nog maar te zwijgen van de tientallen extra treinen die hij er op een paar jaar tijd zag passeren. Ja, dit waren topmomenten voor een tiener met een ontluikende spoorwegpassie.
Toch was dit niet eens de voornaamste aantrekkingskracht van dit mooie seinpostje met zijn 4 treinparen per dag. Wat dan wel? Wellicht was het de mengelmoes van bijzonder leuke voorvallen tot het opbouwen van een reputatie als "het manneke van Budel". Een reputatie die zelfs tot vandaag de dag standhoudt, getuige de reacties als hij weer eens een reeds langer actieve Nederlandse hobbyist of spoorman tegenkomt.
Dat uw webmaster een bekende bezoeker was op dit seinpostje blijkt wel uit het feit dat hij na een tijd zelfs een sleutel van het postje had zodat hij reeds koffie kon zetten als de seinwachter nog onderweg was. Of dat hij wel even de handbediende overweg dichtdraaide tegen dat de rangeerder en de machinist klaar waren met het rangeren voor het stukgoederentreintje. Helemaal te dol werd het toen hij de baas tijdens een opleiding van 2 nieuwe seinwachters kon overtuigen dat er wel degelijk een fout in het stationsconsigne met betrekking tot het bedienen van de seinen stond. Of toen de NS-onderhoudsploeg hem vroeg wat het probleem was met een relaiskastje dat maar niet naar behoren wilde werken en hij hen zonder slag of stoot uit de nood kon helpen... Sja, de interesse voor techniek zat hem nu eenmaal in zijn genen hetgeen ook moeilijk anders kon met een grootvader die met het onderhoud van klassieke seinposten zijn brood verdiend had.
Helaas verdwenen op enkele jaren tijd achtereenvolgens de 2400-en, de doorgaande diensten met de Duitse 215-en alsook het charmante seinpostje zelf... Toen het seinpostje uiteindelijk op 23 december 1993 buiten dienst ging, werd meteen een eerste zeer indrukwekkend hoofdstuk in uw webmasters hobby-carrière afgesloten. Graag wil hij bij deze nog één keer alle seinhuiswachters bedanken voor de leuke tijd die hij er heeft doorgebracht. Willem, Matje, beide Rudy's, Will en Kees: bedankt voor al die mooie jeugdherinneringen!
De IJzeren Rijn was al van oorsprong opgevat als een goederenas van de Antwerpse haven naar het Duitse hinterland. De laatste trein die de lijn in zijn geheel bereed was de zogenaamde Huckepack-trein met opleggers en containers. Vanaf 2 juni 1991 maakte deze trein gebruik van de spoorlijn via Montzen na het uitboren van de drielandentunnel bij Gemmenich. Dat net dit kortzichtige politieke manoeuvre jaren later zuur zou opbreken bij de discussies over de eventuele heropening van de IJzeren Rijn wilden de politiekers van destijds niet begrijpen... Hoe dan ook: het was iedere keer weer een knap zicht om de Duitse Baureihe 215 zo ver van huis te zien passeren. Hopelijk mogen deze of andere Duitse diesels op een dag terug van dit efficiënte traject gebruik maken.
Het voornaamste en meest stabiele transport over (een gedeelte van) de IJzeren Rijn is zonder meer het vervoer van zinkerts naar het zinfabriek Budelco te Budel. Dit zinkfabriek zorgt voor veel werkgelegenheid in de streek en heeft nood aan een constante toevoer van zinkertsen, een toevoer die praktisch uitsluitend per spoor geschiedt. Tijdens de jaren '80 en '90 reden hiervoor op weekdagen 2 treinparen met een stoere 51'er en 20-23 Falns-wagens een rit van Antwerpen naar Budel. Het gebulder van een 51 die met een beladen ertstrein optrok maakte toen al diepe indruk op uw webmaster, een indruk die er alleen maar sterker op zou worden met de jaren.
Veel kleinschaliger dan de zinkertstreinen was het stukgoederentreintje dat op weekdagen het zinkfabriek en de chemische fabriek Akzo bediende. Dit treintje bestond vooral uit ketelwagens en gesloten goederenwagens voor afgewerkte producten. Op woensdag echter reed de zogenaamde "Meggentrein": een complete trein ertswagens met speciale zinkerts, afkomstig uit het Duitse plaatsje Meggen. Zo kon de lengte van deze trein ook fel variëren: soms had hij slechts één wagen mee hoewel uw webmaster ook eenmaal een trein heeft waargenomen met ruim 30 wagens. Het bijzonderste kenmerk aan deze trein was vanuit fotografisch standpunt echter niet de lengte, dan wel de locomotiefreeksen die deze trein sleepten doorheen de jaren. Doorgaans werd deze trein gesleept door 2200'en, maar in de dienstregeling '90-'91 doken ineens weer 2400'en op, die zo mede in het klassiek beveiligde Budel hun roemrijke carrière afsloten onder massale belangstelling van fotografen.